© Filip Van Roe
Dans

Symposium Choreographic Legacies: Sustaining and Reviving Dance Repertoire

Een initiatief van STUK, Opera Ballet Vlaanderen (OBV) en Universiteit Antwerpen

Hoe blaas je telkens weer nieuw leven in bestaande dansvoorstellingen, zodat nieuwe en oudere publieken ze kunnen (her)beleven? Dans is bij uitstek een kunstvorm die op het moment van de uitvoering tot leven komt en nadien slechts blijft voortbestaan via sporen in de lichamen van dansers en in de herinnering van toeschouwers. Het werkelijk (her)beleven van een dansvoorstelling vraagt om een duurzame en soms ook vernieuwende repertoirepraktijk, waarbij het werk wordt doorgeven aan een nieuwe groep dansers of een verfrissende herinterpretatie krijgt.

Het overdragen of opnieuw verbeelden van dansrepertoire zijn evenwel complexe processen omdat ze diepgaande investeringen vereisen op het vlak van de documentatie van de choreografie en creatieprocessen, de fysieke overdracht van het werk tussen dansers onderling, en publieksbemiddeling. Wanneer de choreograaf van het werk nog leeft, kan die zelf het proces in goede banen leiden. Maar hoe gaat het verder wanneer de oorspronkelijke choreografen er niet meer zijn, of wanneer dansgezelschappen worden opgeheven - betekent dit dan ook dat het werk ophoudt te bestaan? Wanneer nieuwe generaties makers aan de slag willen met het werk van hun voorgangers, welke uitdagingen ervaren zij dan?

Over deze en andere vragen zullen we ons samen met een indrukwekkende reeks aan inspirerende collega’s uit de Vlaamse en internationale danssector buigen tijdens het symposium Choreographic Legacies: Sustaining and Reviving Dance Repertoire, een samenwerking tussen STUK, OBV en de Universiteit Antwerpen.

Programma

13:30 - 14:00: Welkom door Jan Vandenhouwe (OBV) en inleiding op het symposium door Delphine Hesters (STUK) en prof. Timmy De Laet (Universiteit Antwerpen / CoDa - Research Network for Dance Studies).

14:00 - 15:00: Artist statements over het uitbouwen van een duurzame repertoirepraktijk door Anne Teresa De Keersmaeker (Rosas) en Robert Sturm (Tanztheater Wuppertal / Pina Bausch).

15:00 - 15:45: Panelgesprek met rehearsal directors over het doorgeven en levend houden van het werk. Met Barbara Kaufmann (r.d. voor Tanztheater Wuppertal & the Pina Bausch Foundation), Diane Madden (r.d. voor Trisha Brown Dance Company) en Laura Arís Álvarez (r.d. voor Ultima Vez), gemodereerd door Koen Bollen (OBV).

15:45 - 16:00: Pauze

16:00 - 16:50: Artist statements over nieuwe creaties geïnspireerd door het repertoire van voorgangers, door choreografen Olga de Soto en Zoë Demoustier.

16:50 - 17:40: Panelgesprek over het uitdragen en de bemiddeling van dansrepertoire naar diverse publieken. Met Àngels Margarit i Viñals (Mercat de les Flors, Barcelona), Lies Deschietere (CC De Schakel Waregem) en Griet Verstraelen (OBV), gemodereerd door Katleen Van Langendonck (Europalia en AP Conservatorium Antwerpen).

17:40 - 18:00: Slotbeschouwing door Madeline Ritter (Bureau Ritter), met een reflectie op de dag vanuit een internationaal en beleidsmatig perspectief.

Praktische informatie

Locatie: Lullyzaal, OBV Gent

Timing:

  • 13:00: Ontvangst
  • 13:30 - 18:00: Symposium

Spreektaal: Engels

Deelname is gratis, maar registreren is verplicht via deze link.

Bio's sprekers


Jan Vandenhouwe

Jan Vandenhouwe is overkoepelend artistiek directeur van Opera Ballet Vlaanderen, met ingang van het seizoen 2019-2020. Na studies musicologie in Leuven en Berlijn ging hij aan de slag als opera- en muziekrecensent voor De Standaard. Van 2005 tot 2008 was hij dramaturg in de Opéra national de Paris, waar hij nauw samenwerkte met artistiek leider Gerard Mortier en waar hij ook de programmering van L'Amphithéâtre Bastille voor zijn rekening nam. In de periode 2009-2011 was Vandenhouwe verbonden aan het Concertgebouw Brugge als concertprogrammator. Als freelance (muziek)dramaturg verleende hij zijn medewerking aan producties van onder meer het Teatro Real (Madrid), Ensemble InterContemporain en Klarafestival. Als dramaturg kan hij bogen op een intensieve samenwerking met onder meer Anne Teresa De Keersmaeker (Così fan tutte, Mitten wir im Leben sind/Bach6Cellosuiten, De zes Brandenburgse Concerten), Alain Platel (C(H)OEURS, Nicht schlafen), Ivo van Hove (Macbeth, Brokeback Mountain, Salome, Boris Godoenov, Don Giovanni) en Johan Simons (Fidelio, Boris Godoenov, Das Rheingold, Alceste, Don Carlos). Van 2015 tot 2017 was Jan Vandenhouwe hoofddramaturg voor de Ruhrtriennale, onder de artistieke leiding van Johan Simons.

Delphine Hesters

Delphine Hesters is coördinator van het danserfgoedprogramma bij STUK, Huis voor Dans, Beeld en Geluid in Leuven. Ze doceert ook kwalitatieve onderzoeksmethodologie aan de KU Leuven. Eerder werkte ze als zelfstandig consultant voor instellingen in de kunst en het kunstonderwijs en voor beleidsmakers (zoals IETM, de Koninklijke Academie van Antwerpen, het Koninklijk Conservatorium Antwerpen, oKo, Departement CJM). Van 2011 tot 2019 werkte Hesters bij het Vlaams Theater Instituut (VTi) en Kunstenpunt aan onderzoek en ontwikkeling en als beleidsexpert, en was ze coördinator voor de sector podiumkunsten. Ze maakte de documentaire podcast Generation XIII, waarin ze vijf studenten van de internationale dansschool P.A.R.T.S. in Brussel volgt doorheen drie jaar opleiding (2020-2023). Als socioloog deed ze onderzoek naar onder meer de carrières van hedendaagse dansers, gender en culturele diversiteit in de kunsten, en de precaire sociaaleconomische positie van de kunstenaar. Ze behaalde een doctoraat in Sociologie aan de KU Leuven en een MA in Cultuurmanagement aan de Antwerp Management School. Tijdens haar doctoraatsonderzoek was ze een Visiting Research Fellow aan Harvard University met een Fulbright Scholarship.

Timmy De Laet

Timmy De Laet is Associate Professor Theater- en Danswetenschap aan de Universiteit Antwerpen en gastdocent aan de Bachelor en Master Dans van het Koninklijk Conservatorium Antwerpen (België). Hij is medeoprichter en coördinator van “CoDa | Cultures of Dance – Research Network for Dance Studies” (gefinancierd door het Fonds Wetenschappelijk Onderzoek Vlaanderen – FWO, grant ID: W000320N). Hij is hoofdredacteur van het European Journal of Theatre and Performance (samen met Luk Van den Dries) en lid van de redacties van FORUM+ en Documenta. Hij werkte als dramaturg met Sidi Larbi Cherkaoui voor de producties 3S (2020) en Vlaemsch (chez moi) (2022). Zijn onderzoek spitst zich toe op de duurzaamheid van dans in relatie tot praktijkgerichte methodologieën voor de archivering, documentatie en historiografie van dans. Hij heeft over deze onderwerpen gepubliceerd in verschillende tijdschriften en anthologieën. Hij is coredacteur van vijf geredigeerde essaybundels, waaronder Getuigen van het Vlaamse dansverleden: De archivering van dans in Vlaanderen (Documenta, met Annelies Van Assche), Language and Performance: Moving across Discourses and Practices in a Globalised World (EJTP, met Małgorzata Sugiera en Karel Vanhaesebrouck), en The Great European Stage Directors: Bausch, Castellucci, Fabre (Bloomsbury, met Luk Van den Dries).

Anne Teresa De Keersmaeker

Anne Teresa De Keersmaeker maakte haar eerste choreografie Asch in 1980, na haar studie dans aan Mudra in Brussel en de Tisch School of the Arts in New York. Twee jaar later ging Fase, Four Movements to the Music of Steve Reich in première. In 1983 richtte De Keersmaeker in Brussel het dansgezelschap Rosas op, tijdens de creatie van de voorstelling Rosas danst Rosas. Sindsdien berust haar choreografisch werk op een nauwgezette en veelzijdige verkenning van de band tussen dans en muziek. Met Rosas creëerde ze een omvangrijk oeuvre dat gebruik maakt van muzikale structuren en partituren uit verschillende tijdperken, van oude muziek tot hedendaagse composities en popmuziek. Haar choreografische praktijk ontleent ook vormelijke principes aan de geometrie, wiskundige schema's, de natuur en sociale structuren, resulterend in een unieke kijk op de beweging van het lichaam in tijd en ruimte. In 1995 richtte De Keersmaeker in Brussel de school P.A.R.T.S. (Performing Arts Research and Training Studios) op, in samenwerking met De Munt/La Monnaie.

Robert Sturm

Robert Sturm studeerde Theater, Film- en Televisiewetenschappen, Filosofie en Internationale Politiek in Keulen. Van 1997 tot 1999 creëerde hij zijn eerste eigen theaterproducties in Szolnok en Boedapest. Sinds 1999 is hij de vaste artistiek assistent en rehearsal director van Pina Bausch. In deze rol werkte hij nauw met haar samen aan de creatie van haar laatste tien wereldpremières en aan de heropvoering van stukken uit het oudere repertoire van het gezelschap. Na het overlijden van Pina Bausch werd hij samen met danser Dominique Mercy artistiek directeur van Tanztheater Wuppertal Pina Bausch tot 2013. Sturm was ook co-directeur van het jubileumseizoen “Pina40”. Naast zijn werk bij het Tanztheater is hij sinds 2015 begonnen met het ensceneren van verschillende interdisciplinaire projecten in Wuppertal. Het laatste project, Moby Dick (2021), werd gecreëerd in samenwerking met Alexander Balanescu en Tony Cragg, en er werkten verschillende Tanztheaterdansers aan mee (zoals Ed Kortlandt, Jan Minarik, Jean Laurent Sasportes en Mark Sieczkarek). Sinds 2019 is hij directeur artistiek management van Tanztheater Wuppertal en werkt hij nog steeds als rehearsal director voor verschillende stukken van Pina Bausch.

Barbara Kaufmann

Barbara Kaufmann begon haar dansopleiding aan de Iwanson International School of Modern Dance in haar geboortestad München in 1977 en reisde vervolgens naar Stockholm, Parijs en New York om dans te studeren. Als professionele danseres trad ze op met de Iwanson Dance Company en met Tanzprojekt München onder leiding van Birgitta Trommler. Toen Susanne Linke haar in 1984 uitnodigde bij de Folkwang Dance Studio, kwam Kaufmann in contact met de choreografische stijl van Pina Bausch. Nadat ze in 1985 voor het eerst danste in Das Frühlingsopfer, werd ze in 1987 lid van het ensemble van het Tanztheater Wuppertal Pina Bausch en danste ze in talrijke repertoirestukken en nieuwe creaties. Vanaf 2001 begon ze Pina Bausch te assisteren bij repetities en was ze betrokken bij heropvoeringen van repertoirestukken terwijl ze ook werkte aan de archieven van het gezelschap. In 2009 werd ze rehearsal director en assisteerde ze gastchoreografen Dimitris Papaioannou en Richard Siegal bij hun nieuwe creaties. Van 2010 tot 2016 breidde haar werk zich uit naar samenwerkingen met de Pina Bausch Foundation op het gebied van documentatie, video-annotatie en oral history. Sinds 2017 leidt ze samen met de Pina Bausch Foundation heropvoeringen van Das Frühlingsopfer door het English National Ballet, de École des Sables en het Opera Ballet Vlaanderen, en een heropvoering van Iphigenie auf Tauris door het Semperoper Ballet Dresden. In 2024 heeft ze met de studenten van de English National Ballet School een heropvoering gemaakt van Pina Bausch’ vroege choreografie Tannhäuser Bacchanal, die ze al twee keer had hernomen in 2004 en 2013. Kaufmann speelde in films van o.a. Amos Gitai, Pedro Almodovar en Wim Wenders.

Diane Madden

Diane Madden heeft een veelzijdige relatie met dans vanuit het perspectief van danser, docent, begeleidster, regisseur, creatief assistent, mentor en student. Sinds 1980 heeft Madden het werk van Trisha Brown gedanst, geregisseerd, aangeleerd, bestudeerd en gereconstrueerd. Ze stond mee aan de wieg van vele rollen in het werk van Brown en ontving daarvoor een New York Dance and Performance “Bessie” Award (1989), twee onderscheidingen van de Princess Grace Foundation (1986 en 1994) en werd samen met de originele cast van Brown's Set and Reset, een samenwerking met Robert Rauschenberg en Laurie Anderson, geëerd door Movement Research, NYC (2012). Madden blijft de Trisha Brown Dance Company dienen als artistiek adviseur. In 2019 verhuisde ze naar Brussel om Anne Teresa De Keersmaeker bij te staan en nam ze een positie aan als docent, begeleidster en mentor bij P.A.R.T.S. Haar ondersteuning van de artistieke ontwikkeling van de studenten van P.A.R.T.S. blijft ze enorm bevredigend vinden. Maddens eigen improvisatiewerk in solo- en samenwerkingsvormen werd sterk beïnvloed door haar werk in de jaren 1980 met het New Yorkse performance-ensemble “Channel Z”, waarbij ze de spontane, gefocuste en diep fysieke bewegingstoestanden onderzocht die optreden in contactimprovisatie en het compositorisch potentieel ervan ontwikkelde voor alle aspecten van theater. Naast “Channel Z” zijn Maddens belangrijkste invloeden Brown, Paxton, haar studie van aikido bij Fuminori Onuma en de fasciatherapie-training die ze momenteel volgt bij Anja Röttgerkamp.

Laura Arís Álvarez

Laura Arís Álvarez is een veelzijdige artieste die bekend staat om haar kwaliteiten als performer en internationaal gewaardeerde pedagogische werk. Ze heeft een carrière die zich uitstrekt over prestigieuze dansgezelschappen (Lanònima Imperial, Ultima Vez) en talrijke onafhankelijke artistieke projecten. Ze is afgestudeerd aan het Institut del Teatre de Barcelona, waar ze de Extraordinary Student Award ontving, en ze werd geëerd met de Lladró Award voor uitmuntende danseres op het Festival de Valencia in 1997. Ze voegde zich bij Ultima Vez in 1999 en trad op in verschillende veelgeprezen producties en dansfilms tot 2008. Laura assisteerde Wim Vandekeybus in verschillende projecten, waaronder de heropvoering van PUUR (2005) voor het Koninklijk Ballet van Zweden en Opera Ballet Vlaanderen, en was choreografie-assistent en bewegingscoach in samenwerkingen met theaterregisseur Ivo van Hove bij het Nationale Opera & Ballet (NL), la Comédie-Française en ITA (Internationaal Theater Amsterdam). Met meer dan twintig jaar ervaring in lesgeven heeft Laura met passie haar expertise gedeeld met studenten over de hele wereld bij instellingen en festivals, zoals Impulstanz Wenen, P.A.R.T.S., Hong Kong Academy for Performing Arts, La Faktoria Choreographic Center en vele andere.

Koen Bollen

Koen Bollen studeerde Kunstgeschiedenis en Theaterwetenschappen aan de universiteiten van Brussel, Leiden en Antwerpen. Hij werkte als dramaturg bij de Junge Oper Stuttgart (2010-2014) en ontving een beurs van Akademie Musiktheater Heute (2012-2014). Daarna werkte hij onder andere aan de wereldcreatie Tonguecat bij de Bayerische Staatsoper, aan Odysseus' Women & Anaïs Nin (Louis Andriessen) met regisseur Jorinde Keesmaat, en aan To be Sung (Pascal Dusapin) voor het Centre of Contemporary Opera in New York. Sinds 2016 is hij dramaturg bij Opera Ballet Vlaanderen waar hij werkte aan de opera's Pelléas et Mélisande (met Sidi Larbi Cherkaoui en Damien Jalet), Rusalka (met Alan Lucien Øyen), Wim Henderickx' The Convert (met Hans Op de Beeck), Ernani (met Barbora Horáková Joly); de dansproducties Exhibition en Requiem van Cherkaoui, RASA van Daniel Proietto, A Bigger Thing van Lisi Estaras, Extant van Jermaine Spivey en Ombra van Alain Platel, naast verschillende jeugdprojecten en kleinschaliger muziektheater. Koen Bollen geeft les aan het Koninklijk Conservatorium Antwerpen en aan IOA in Gent. Hij is co-editor en auteur van het boek over de 50-jarige geschiedenis van Ballet Vlaanderen.

Olga de Soto

Olga de Soto is een Spaanse choreografe, dansonderzoekster en beeldend kunstenaar uit Brussel. Ze begon haar choreografisch werk in 1992 en onderzocht verschillende formats in talrijke stukken, waarvan sommige gecreëerd werden in dialoog met werken van hedendaagse muziekcomponisten. Sinds het einde van de jaren 1990 gaat haar werk specifiek over de rol van het geheugen in de podiumkunsten, waarbij ze de waarde en de blijvende kwaliteit ervan in vraag stelt aan de hand van twee onderzoekslijnen. De eerste richt zich op de studie van het fysieke geheugen door middel van een pluralistische benadering van dans en het lichaam. De tweede verkent werken uit de dansgeschiedenis vanuit het perspectief van de perceptuele herinneringen van zowel toeschouwers als dansers, waarbij de nadruk ligt op stemmen die traditioneel gemarginaliseerd worden binnen het artistieke discours. De resulterende projecten gaan over documentatie, getuigenissen, archieven, mondelinge bronnen, verhalen en vertellingen. Tegelijk vermengen ze de talen van choreografie met die van documentaire, performance, beeldende kunst en installatie, waardoor ze spelen met de poreusheid van deze disciplines. Sinds het begin van de jaren 2000 heeft de Soto zich toegelegd op creatieve projecten die nauw verbonden zijn met lange onderzoeksprocessen, gebaseerd op het essentiële werk van documentatie en volgens atypische temporaliteiten die volledig losstaan van conventionele productielogica’s. Olga’s werk is in ongeveer twintig landen gepresenteerd en ze wordt regelmatig uitgenodigd om les te geven aan universiteiten, te spreken op conferenties en workshops te leiden in Europa, Zuid-Amerika en de VS.

Zoë Demoustier

Zoë Demoustier is performer en choreograaf. Ze studeerde aan de Mime Opleiding in Amsterdam en het RITCS in Brussel. In haar werk verbindt zij hedendaagse dans met “Mime Corporel”. Het lichaam is steeds het vertrekpunt van haar visuele voorstellingen. Vanuit beweging maakt ze linken met actuele onderwerpen en creëert ze documentair choreografisch werk. Ze werkt in de studio en op scène met verschillende lichamen, generaties en vaardigheden en zoekt naar het authentieke en onverwachte. In 2022 startte zij als choreograaf een samenwerking bij Ultima Vez waar zij de grotezaalproductie What Remains (2023) maakte, geselecteerd voor het Belgisch Theaterfestival

Ze maakte Choeur Battant/Beating Choir (2023) in samenwerking met BRONKS (Brussel) en Le Carrousel (Quebec); de solo Unfolding an Archive (2021, in samenwerking met STUK), Wat was en wat nu (201) en Nesten (2019, in samenwerking met fABULEUS). In 2021 was ze ambassadeur van de Dag van de Dans. Haar streven is om met dans een breed publiek aan te spreken. Recent kreeg Demoustier een tweejarige onderzoeksbeurs van het Koninklijk Conservatorium Antwerpen (onderzoeksgroep CORPoREAL). In dit project gaat ze onder de naam “Wave” op zoek naar hoe een nieuwe generatie aan de slag gaat met het danserfgoed uit de jaren 1980 en 1990. Momenteel werkt Zoë aan een nieuwe voorstelling Hear the Silence (première oktober 2025), samen met partners Ultima Vez, Montpellier Danse, South East Dance, Vlaams Cultuurhuis Brakke Grond en KVS.

Àngels Margarit i Viñals

Àngels Margarit i Viñals heeft haar carrière gewijd aan dans, als choreograaf, danser, pedagoog en curator. Ze behoort tot de eerste generatie hedendaagse dansers die opkwam in Barcelona in de vroege jaren 1980. Nadat ze begon te werken met de baanbrekende collectieve dansgroep Heura in 1979, richtte ze haar eigen gezelschap Àngels Margarit / cie. MUDANCES op in 1985. In deze context creëerde ze haar eigen projecten op verschillende gebieden en in verschillende formats, waaronder performances, locatiestukken, video-dans, installaties, onderzoek in nieuwe media, en improvisaties. Haar voorstellingen werden gecoproduceerd door grote festivals en internationale programma’s en in de loop der jaren heeft ze haar werk in meer dan 25 landen gepresenteerd. Als een van de belangrijkste figuren van haar generatie in Catalaanse dans, heeft Margarit talrijke projecten gepromoot op het gebied van danscreatie, pedagogie en verspreiding. Op het vlak van pedagogie heeft ze lesprogramma’s ontwikkeld voor verschillende instellingen, zoals het Dansconservatorium aan het Institut del Teatre van Barcelona, naast regelmatige cursussen, workshops, compositie- en repertoireklassen in de internationale professionele sector. In 2017 gaf Margarit tijdelijk haar danscreatie en -pedagogie op om de Mercat de les Flors – Casa de la Dansa fulltime te leiden tot februari 2025. Gedurende haar hele traject heeft Margarit talrijke nationale en internationale prijzen ontvangen als danseres, choreografe en curator, zoals de Grand Prix op de Bagnolet Choreography Competition voor Kolbebasar (Frankrijk, 1988), de National Dance Award van Catalonië (1986,1991,1999), de City of Barcelona Performing Arts Award voor Corol-la (1993). In 2010 kreeg ze de Nationale Dansprijs van het Spaanse Ministerie van Cultuur. In mei 2022 werd ze erkend door het Franse Ministerie van Cultuur met het insigne van "Chevalière des Arts et des Lettres".

Lies Deschietere

Lies Deschietere studeerde architectuur aan Sint Lucas Gent en werkte enkele jaren als zelfstandig architect. Vanuit haar grote interesse in de podiumkunsten studeerde ze parallel aan haar job Culturele Studies aan KU Leuven met stages bij Braakland/ZheBilding (ondertussen Nieuwstedelijk) en Theater Antigone. Na een passage bij Cie Cecilia, NTGent en cc De Schakel, startte ze als vast programmator bij Schouwburg Kortrijk. Daar bouwde ze een mooi parcours uit met op het uitgebreide programma theater, dans en alle vormen daartussen, zowel voor de schouwburg als voor het internationale performance festival NEXT. Ze bouwde verdiepende trajecten op met makers en zocht naar een grote connectie met het publiek, voor haar een belangrijk uitgangspunt voor een cultuurcentrum. Ze ontwikkelde een grote liefde voor dans met als streefdoel zoveel mogelijk mensen warm maken voor dans. Dat doet ze o.a. door het geven van dansinleidingen in verschillende culturele centra. Na een tussenstop als freelancer onder andere voor Theater Aan Zee startte Deschietere bij CC De Schakel in Waregem, eerst als programmator en ondertussen als directeur. Daar zet ze haar uiteenlopende ervaringen in om samen met het team CC De Schakel verder uit te bouwen.

Griet Verstraelen

Griet Verstraelen volgde een dansopleiding aan het Hoger Instituut voor Dans (Lier) en bij P.A.R.T.S. (Brussel). Daarna studeerde ze Theaterwetenschappen aan de Universiteit Antwerpen en Management in de podiumkunsten in Brussel. Ze startte haar professionele carrière in deSingel als productiemedewerker en ging daarna aan de slag bij STUK (Leuven), waar ze eerst als productiemanager en vanaf 2010 als programmator van het seizoensprogramma, festivals en kunstenaarsresidenties werkte. Binnen de STUK-programmatie lag haar focus op beweging in zijn meest pure vorm, in dialoog met thema's als samenhorigheid, muzikaliteit en verbeelding. Ze creëerde ruimte voor experiment en ontwikkeling voor jonge danskunstenaars, maar zette ook in op repertoire en gevestigde choreografen. Na haar vertrek bij STUK werkte Griet Verstraelen samen met Marc Vanrunxt en Salva Sanchis als zakelijk leider en producent, en samen ontwikkelden ze een nieuwe structuur voor de dansorganisatie Kunst/Werk. Vanaf 2017 werkte ze nauw samen met Anne Teresa De Keersmaeker bij Rosas als verantwoordelijke voor de distributie en internationale relaties. In haar laatste jaar bij Rosas maakte ze deel uit van het managementteam. Sinds 2023 is Griet Verstraelen Manager Ballet bij Opera Ballet Vlaanderen waar ze, onder leiding van artistiek directeur Jan Vandenhouwe verantwoordelijk is voor de werking van de balletafdeling.

Katleen Van Langendonck

Katleen Van Langendonck studeerde Germaanse filologie en een aanvullend jaar filosofie in Leuven en Parijs. In de jaren '90 werkte ze als literair criticus voor de Belgische radio en de krant De Standaard. Van 1997 tot 2002 was ze assistent podiumkunstenprogrammatie bij deSingel in Antwerpen. Van 2002 tot 2007 was ze wetenschappelijk medewerker aan de Universiteit Antwerpen, waar ze dansgeschiedenis en dansanalyse doceerde, onderzoek deed naar tactiliteit in de podiumkunsten en de interuniversitaire post-master Theaterwetenschappen coördineerde. Van 2007 tot maart 2020 was Katleen Van Langendonck verantwoordelijk voor het artistieke programma van het Brusselse Kaaitheater. Ze initieerde onder andere PERFORMATIK, de Brusselse biënnale voor podiumkunsten, een samenwerking met andere Brusselse instellingen uit de beeldende en podiumkunsten. Momenteel is ze coördinator podiumkunsten en literatuur van het kunstenfestival Europalia in Brussel en doceert en onderzoekt ze dans en performance kunst aan het Koninklijk Conservatorium van Antwerpen. In 2023 publiceerde ze het boek The Art of Performance in Twenty-five Conversations (Track Report, Antwerpen).

Madeline Ritter

Madeline Ritter is jurist, kunstprogrammator en facilitator van veranderingsprocessen. Van 1989 tot 2004 was ze artistiek directeur van tanz performance köln, een internationaal productie- en festivalplatform voor hedendaagse dans en nieuwe media. In 2004 werd ze bij de Duitse Federale Cultuurstichting geroepen als projectdirecteur voor haar concept “Tanzplan Deutschland” – een op partnerschap gebaseerde strategie die meer dan 21 miljoen euro voor dans in Duitsland genereerde. Haar non-profitorganisatie Bureau Ritter ontving de Europa Nostra Award, de belangrijkste prijs voor cultureel erfgoed van de Europese Unie, voor “Tanzfonds Erbe”, een baanbrekend initiatief om het immateriële erfgoed van de dans te beschermen. Bureau Ritter lanceerde ook het “Dance On”-initiatief, dat leeftijdsdiscriminatie in de danssector en in de samenleving aanpakt. De federale financieringsprogramma's TANZPAKT Stadt-Land-Bund en TANZPAKT Reconnect waren ontworpen om structurele investeringen in dans in Duitsland te ondersteunen. Madeline Ritter is lid van verschillende commissies, waaronder de raad van toezicht van het internationale theater Kampnagel en de adviesraad van de Pina Bausch Foundation en het dansgezelschap Meg Stuart/Damaged Goods.

di 17 sep 2024 13:00 - 18:00

Locatie

Lullyzaal, Opera Ballet Vlaanderen
  • Schouwburgstraat 3
  • 9000 Gent

Prijs

Gratis met verplichte registratie via deze link